Als klein kind droomde Toni van een leven tussen de kippen. Toen hij twaalf jaar was, schreef hij deze droom op in zijn lesboek ‘My Plan for Tomorrow’: een eigen bedrijf, een kippenboerderij. Door de jaren heen hield hij zijn droom vast. Toni: “In het project heb ik geleerd om te dromen, maar ook geleerd wat er nodig is om een droom waar te maken.”
Een laatste gift
In 2019 rondde Toni het Compassion-project af: “Ik zocht naar mogelijkheden om mijn eigen boerderij te starten, maar dat viel niet mee. Ik had geen kapitaal. Op een ochtend werd op de deur geklopt: de directeur van het Compassion-project waar ik heen ging, stond op de stoep. Of mijn ouders en ik mee wilde komen naar het project. Ik dacht: waarom? Zit ik in de problemen?” Eenmaal op het project kreeg Toni bijzonder nieuws. “Mijn sponsor wilde me nog een laatste gift geven. We waren overdonderd. Mijn moeder huilde zachtjes. Ik kon niet geloven dat ik zo’n mooi bedrag kreeg,” vertelt hij.
Crisis
Vrijwel tegelijkertijd belandde ook Indonesië in een lockdown vanwege COVID-19. Dagloners hadden opeens geen werk meer. Ook Toni’s ouders zaten in de problemen: hoe onderhoud je vijf kinderen als je geen inkomen hebt? Er was wat spaargeld. Door de jaren heen apart gezet om samen met Toni zijn droom te verwezenlijken. Het spaargeld en de sponsorgift; samen genoeg om een kleine kippenboerderij te starten. Een slimme keuze. Toni: “Het geld dat ik verdien met de verkoop van mijn kippen is genoeg om onze familie door deze crisis heen te helpen. In totaal heb ik 350 kippen verkocht. Dat is wel minder dan de doelstelling in mijn business plan, maar zeker een mooi begin.”
Toekomstmuziek
“Veel van mijn vrienden zijn werkeloos en hebben een alcoholprobleem. In het project werd ik aangemoedigd om verstandige keuzes te maken, om door te zetten en dichtbij God te leven,” vertelt Toni. Lachend: “Ons gezin heeft te eten, onder andere… kip! Ook mijn vrienden nodig ik af en toe uit voor een kippenpoot.” Ondanks de pandemie gaat het goed met de familie. Toni ziet een mooie toekomst: “Ik moet geduldig zijn en mijn kansen afwachten. Geen domme dingen doen en bidden. Ooit is deze COVID-19 toestand voorbij en kan ik doorpakken. Ik ben de enige in mijn dorp met een kippenboerderij en zie nog genoeg kansen om mijn bedrijf uit te bouwen.”